BAEHRECHUM - z baan

FOTO'S

Onze kleinste schaal: de Z-baan.


ziehier de beschrijving:


De Z-baan (1/220 – MiniClub) draagt de naam “BAEHRECHUM”.

(de naam is ontstaan doordat ons toenmalig lokaal gevestigd was in Berchem)

Het is een modulebaan uit drie delen van elk 120 x 60 cm (totale lengte dus 3,60 m). Het rijvlak ligt ongeveer 130 cm boven de vloer.


Wij hebben ons niet vastgepind op een bepaalde periode, we binden ons niet aan een specifieke nationaliteit (qua materieel) en wij hebben niet voor een specifiek landschappelijk voorbeeld gekozen (al is de uitwerking een licht heuvelachtig terrein). Sommige elementen zijn dan ook louter aan onze fantasie ontsproten. Op deze manier maken wij ook geen ‘fouten’ tegen de realiteit.

Het verkeer gebeurt op het rechter spoor.

Wij willen alleen ‘mooie’ treincombinaties in een ‘reëel aanvaardbaar’ landschap brengen, met hier en daar een ‘leuke’ detailscène.

Het gaat om een dubbel ovaal, te bedienen door twee personen, maar de bediening door één persoon kan zonodig ook. Elke rijrichting is in principe te beschouwen als een afzonderlijk/zelfstandig geheel. De bediening gebeurt aan de achterzijde op een zeer klassieke (volledig analoge) wijze.


De achterzijde van de ovalen zijn voor het publiek onzichtbaar. Daar is er voor elke rijrichting een schaduwstation met 3 sporen, verdeeld in 5 parkeersecties (op 2 sporen) en 1 doorgaand spoor.


Aan de voorzijde is er een dubbelsporige hoofdbaan.

Aan de linkerzijde is er een aftakking naar een station voor lokaal verkeer. Dit station ligt wel geheel naast en volledig weg van het doorgaande spoor.


Beide rijrichtingen hebben ook een goederen/industrieel gedeelte. Aan de linkerzijde is dat een vrij traditionele goederenkoer naast het station voor personenverkeer, bestaande uit twee kopsporen. Eventueel rangeren gebeurt hier over één perronspoor. Deze goederenkoer wordt bediend door de ‘binnenbaan’ (de rijrichting van rechts naar links). Aan de rechterkant is er de laadzone van een steengroeve met een steenbreekinstallatie. Twee laadsporen en één rangeerspoor, bediend vanaf de ‘buitenbaan’ (rijrichting van links naar rechts).


Centraal is er een kleine brug over een waterloop, die aan de achterzijde ontstaat uit een waterval. Langs de oever is er plaats voor landbouw (= een weide met koeien) en recreatie (= enkele wildkampeerders).


De hoofdbaan ligt onder rijdraad (een eigen fabricaat uit zeer fijne elastiekdraad), waardoor elektrische tractie voor snelle en of zwaardere treinen mogelijk is.

Het station en de goederen/industriële sporen zijn niet onder draad gebracht. Daar is dus enkel diesel- (en/of stoom-) tractie mogelijk.


Baanverantwoordelijke : Gérard blaaubeen


                                 Hoe het begon                                                                             huidige toestand

ONZE SPONSORS

click and link